Er zijn heel veel namen voor mensen die ervoor kiezen om minder of geen vlees of andere dierlijke producten te gebruiken: vegetariër, flexitariër, pescotariër, vegan en dan is er ook nog plantbased. Wat is nu precies het verschil en hoe groot is die groep mensen? En wat betekenen die grote trends voor de manier waarop boeren in Nederland voedsel produceren? We zetten de achtergronden op een rij.
Plantbased is een verzamelterm voor allerlei voedingspatronen waarin mensen bewust kiezen om meer plantaardige producten te gebruiken. Denk aan granen, groenten, fruit, peulvruchten, knollen, noten en zaden. Dierlijke producten zijn niet altijd uitgesloten in dit voedingspatroon, maar mensen die een plantbased dieet volgen, eten vaak wel bewust (veel) minder vlees en zuivel. De term komt uit de Verenigde Staten.
Soms zie je ook weleens de Engelse term ‘whole food plant based’ voorbij komen. In dat voedingspatroon is het streven om vaak te kiezen voor onbewerkte, of minder bewerkte plantaardige producten. Dus zo min mogelijk kant-en-klare producten.
Plantbased is dus niet hetzelfde als een vegetarisch- of een vegan dieet. Bij die voedingspatronen gaat het vooral om het weglaten van vlees en/of alle dierlijke producten. Bij plantbased gaat het vooral om te kiezen voor zoveel mogelijk plantaardige producten.